13-10-2008
Road to Londen ligt open
BOEKELO – Zara Phillips kende haar vluchtroute. De cameraploeg van de EO had het nakijken toen de kleindochter van de Britse koningin Elizabeth na een snelle aanloop sierlijk over de afrastering van het promodorp zweefde en uit het zicht verdween. Geen interview voor het programma ‘Blauw Bloed’. Absolutely not. De heersende wereldkampioene eventing (vroeger military geheten) had bij de 38ste Military van Boekelo haar publicitaire gunsten daags tevoren gegeven en dat was het dan. Zij was ook niet naar de Nederlandse klassieker gekomen om een beetje mee te doen maar om als topsporter te presteren. Wat niet meeviel voor de Britse Sportvrouw van het Jaar 2006, want zij kon door een blessure niet beschikken over haar beste paard Toytown. Op Sambucca presteerde zij in het dressuuronderdeel met een percentage van 59,57 middelmatig. De Europese en wereldkampioene van koninklijken bloede heeft vooralsnog een onvolmaakte carrière. Door blessureleed miste zij zowel de Olympische Spelen van Athene als Peking. Thuis in Londen moet het voor haar over vier jaar gebeuren. Met een vluchtroute begin voor haar The Road to Londen in het Twentse land van Boekelo. Met het verwachte mooie weer zal het rustieke dorp vandaag bij de crosscountry worden overstroomd door 75.000 toeschouwers. Niet alleen voor Zara Phillips begint The Road to Londen in Boekelo. Het is ook het olympische beginpunt voor de Nederlandse ruiterequipe. Bondscoach Martin Lips wil er met een voltallige landenploeg van vier mensen heen. Niet alleen om deel te nemen maar ook om mee te dingen naar de medailles. Dat Nederland na de tweede wereldoorlog nimmer een militaryploeg op de Spelen had en sinds Charles Pahud de Mortanges (1936) nooit meer eremetaal veroverde, zegt de 53-jarige Brabander niets. ,,De bal ligt voor het doel, wij moeten hem inschieten.” In de ruitersport zijn de Nederlanders wereldtop in dressuur en in springen. ,,Dan moeten we in de eventing ook de wereldtop kunnen halen. Ik weet dat het kan als de ruiters bereid zijn er voor tweehonderd procent voor te gaan. Volledige toewijding is een vereiste. Niet er heel veel voor doen, maar juist alles voor te laten. Full professionalisme. Dan gaan we met een landenploeg naar Londen en kunnen we ook meestrijden voor de medailles.” Deze woorden worden uitgesproken door de bondscoach die in 1992 in Barcelona aan de military deelnam. Martin Lips eindigde als 15de, het was een geprezen prestatie in een sportonderdeel waarin Nederland internationaal niet veel voorstelde. Dit jaar bij de Spelen in Hongkong eindigde zijn 23-jarige zoon Tim eveneens als vijftiende. Veel overeenkomsten; beiden leverden een tegenvallende dressuur af en bleven foutloos in cross en springen. Tussen de heren Lips’ in was Oranje helemaal niet present aan het olympische front. Weinig historie. ,,Het team voor Londen komt er”, spreekt de coach vol overtuiging. ,,Tim was de enige in Hongkong. Madelein Brugman zou daar ook geweest zijn als zij niet haar sleutelbeen had gebroken, waardoor zij zich niet kon kwalificeren. Zuur.” Na deze week van Boekelo gaat Lips aan de slag met het samenstellen van een selectie. Eerst praten en uitvinden of de kandidaten zich volledig willen committeren aan de afspraken van trainingen, wedstrijden, pieken. ,,Zonder de wil om alles opzij te zetten, gaat het niet. We gaan niet aan een dood paard trekken. Het kan niet meer zoals het tot nu toe ging. Joop Alberda zei ooit: ‘Als ik doe wat ik deed, krijg ik wat ik had.’ En zo is het. Als we niet doorschakelen, zullen we nooit beter presteren.” Lips noemde geen namen voor zijn selectie. Zijn zoon Tim zal er zeker bij zijn, want de beste van Nederland, dit jaar tweede in Aken. Madelein Brugman is goed en heeft ook goede paarden. Volgens de bondscoach kan Alice Naber uitstekend paard rijden. Zij had de laatste tijd echter geen goed paard, straks wellicht wel, want berijdt nu de gereputeerde Tom Cruise. ,,Daar komen drie, vier mensen omheen. Bovendien krijgen we versterking van een buitenlander die voor Nederland gaat uitkomen. We zullen moeten bouwen aan een homogeen team, met een sfeer zoals bij de schaatsploeg van Gerard Kemkers. Sparren in de training, van elkaar winnen, elkaar beter maken.” In twee jaar wil Lips zo’n team hebben. ,,In 2010 is het WK in Kentucky. Daar kunnen we ons kwalificeren voor de Olympische Spelen. Later kan ook nog, bij het EK, maar als het in Kentucky lukt, hebben we twee jaar om Londen 2012 voor te bereiden. Het kan best. In 2006 eindigde Nederland met een drietal als achtste in het WK.” ,,Wij zetten Nederland op de kaart met een volledige eventingploeg in Londen ”, stelt Madelein Brugman uit Ambt-Delden. Zij is bereid als fullprof naar Londen toe te werken. ,,Goede ruiters hebben we wel om het te kunnen halen: Alice Naber, Jan van Beek, Tim Lips. Het is nu de tijd om het te doen. De sport is erg veranderd. In dressuur en springen heeft Nederland bewezen heel goed te zijn. Bovendien, wij fokken de paarden. Wat we ze alleen moeten leren is hard galopperen door het bos. Tweederde is al top, Belachelijk dat daar niet goede ruiters voor eventing zouden zitten. Maar ja, iemand die dressuur of springen doet, weet dat er geen droog brood in eventing is te verdienen. Het is duur en je krijgt er bar weinig voor terug. Je moet een groot liefhebber zijn.” Tim Lips is een liefhebber van de eventing en hij gaat volledig voor Londen 2012. De vijftiende plaats in Hongkong was geen topprestatie, oordeelt hij. Zeker niet na zijn tweede plaats in Aken waar hij de olympische kwalificatie afdwong. Zijn paard Blom’s Oncarlos was in China bij de dressuur bang van het grote beeldscherm. In Londen krijgt hij misschien een herkansing. Tim Lips wil graag in een ploeg rijden. ,,Je rijdt dan voor twee kansen, team en individueel. Het gaat daar om drie medailles. Misschien hebben nu nog onvoldoende mensen voor een team waar iedereen er voor gaat, maar er zitten er wel aan te komen.” Eventing is het mooiste dat er is, vindt Tim Lips. ,,Het ligt mij van een paard een allrounder te creëren. Die snelheid in de cross, je hebt nooit dezelfde hindernissen. Voor het paard is dat ook vernieuwend. Het is hard werken om op hoog niveau te komen. Steeds weer vijf kwartier rijden naar Eersel voor springtraining bij Arnold Boerekamp, anderhalf uur naar Erp voor dressuurtraining bij Anky en in onze eigen stal hard werken. Over vier jaar zal het zich moeten uitbetalen. De weg naar Londen ligt open.” Geschreven voor AD Sport |